Gedoogplicht volstaat, geen onteigening

De Minister heeft op 16 juli 2015 op het daartoe strekkende verzoek van TenneT TSO BV (hierna TenneT) aan [verzoekers] . als rechthebbenden op in die Beschikking genoemde percelen in de gemeente Wester-Koggenland , behoudens hun recht op schadevergoeding, de plicht opgelegd tot het gedogen van de aanleg en instandhouding van een 150-kV ondergrondse hoogspanningsverbinding met bijkomende werken..

[verzoekers] verzoeken de Beschikking van de Minister van 16 juli 2015 te vernietigen en zij voeren daartoe, samengevat, het volgende aan.

Door de Beschikking worden meer belemmeringen aangebracht dan redelijkerwijs voor de aanleg en instandhouding van de hoogspanningsleiding noodzakelijk. Daarnaast is de (verdere) inbreuk op het eigendomsrecht van [verzoekers] in een strook waar reeds sprake is van een inbreuk vanwege de aanwezigheid van een bovengrondse hoogspanningsverbinding van dien aard dat het meest verstrekkende beschikkingsrecht in feite bij TenneT komt te liggen, hetgeen een grond vormt voor onteigening.

Het hof stelt het volgende voorop. Ingevolge artikel 4 lid 1 Belemmeringenwet Privaatrecht kan binnen één maand nadat de hiervoor genoemde gedoogbeschikking op de voorgeschreven wijze ter inzage is gelegd ‘ieder die eenig recht heeft ten aanzien van de onroerende zaak, aan het Gerechtshof, binnen het gebied waarvan die zaak gelegen is, vernietiging van de beslissing verzoeken op grond, dat daarbij ten onrechte is geoordeeld hetzij dat de belangen van de rechthebbende ten aanzien van die zaak redelijkerwijze onteigening niet vorderen hetzij dat in het gebruik van die zaak niet meer belemmering wordt gebracht dan redelijkerwijze voor den aanleg, de instandhouding, de verandering of de overbrenging van het werk noodig is’.

Hof: Dat TenneT een zekere vrijheid heeft om de veiligheidsbrochures in de toekomst aan te passen met mogelijk gevolgen voor de gebruiksmogelijkheden van de percelen, maakt niet dat daarin thans redelijkerwijs een grond gelegen is voor onteigening.

Gerechtshof Amsterdam 26-04/16 inzake 150-kV ondergrondse hoogspanningsverbinding Wester-Koggenland (ECLI:NL:GHAMS:2016:1624).