Herziening exploitatieplan; formele aspecten

In geval van een herziening van een exploitatieplan die betrekking heeft op structurele onderdelen, kan ook beroep worden ingesteld tegen onderdelen van een herzien exploitatieplan die niet zijn herzien. In een dergelijk geval ligt het, zoals de Afdeling heeft overwogen in haar uitspraak van 8 oktober 2014, ECLI:NL:RVS:2014:3645, evenwel op de weg van degene die van mening is dat de betrokken onderdelen van het exploitatieplan voor een herziening in aanmerking komen, aannemelijk te maken dat feiten en omstandigheden ten opzichte van het eerder vastgestelde exploitatieplan zodanig zijn gewijzigd dat de raad daarin aanleiding had moeten zien ook die onderdelen te herzien.

De Afdeling overweegt dat de Wro geen verplichting bevat om de exploitatiebijdrage uit het exploitatieplan gelijk te laten zijn aan de bijdragen die de gemeente is overeengekomen in anterieure overeenkomsten. Het risico dat de contractueel afgesproken bijdrage achteraf te laag blijkt te zijn, komt dan voor rekening van de gemeente. In de door [appellant sub 2] uit hoofde van het Exploitatieplan verschuldigde exploitatiebijdrage mag geen compensatie begrepen zijn van de financiële gevolgen van in gesloten anterieure overeenkomsten overeengekomen te lage exploitatiebijdragen. Een dergelijk tekort moet de gemeente dan dekken uit eigen middelen. De Afdeling stelt vast dat de raad de eventuele tekorten, in overeenstemming met de wettelijk voorgeschreven methodiek, dekt uit eigen middelen en deze niet als te verhalen kosten in de exploitatieopzet van het exploitatieplan heeft opgenomen. De Afdeling ziet geen aanleiding voor het oordeel dat de raad de eventuele tekorten, die zouden zijn ontstaan doordat in de anterieure overeenkomsten te lage exploitatiebijdragen zijn overeengekomen, had moeten verantwoorden in de Herziening. De stelling dat sprake is van ongeoorloofde staatssteun, wat daar ook van zij, maakt het voorgaande niet anders, nu dit, indien dit het geval zou zijn, niet maakt dat de uit hoofde van het exploitatieplan verschuldigde exploitatiebijdragen onrechtmatig zijn. De contractueel in een anterieure overeenkomst afgesproken bijdragen die achteraf te laag blijken te zijn, hebben immers geen invloed op de hoogte van de door [appellant sub 2] uit hoofde van het Exploitatieplan verschuldigde exploitatiebijdrage.

ABRS 13-03/19 inzake Amsterdam – Buiksloterham (ECLI:NL:RVS:2019:827)